Omdat het verzamelen van alle onderdelen (te) veel tijd kostte reden wij op het allerlaatste moment de haven van Algeciras binnen. Met spoed werden wij door de toegesnelde havenautoriteiten gedirigeerd naar de boot waar we achter in de rij aan mochten sluiten voor de paspoortcontrole.
.
De Marokkaanse politie wachtte ons op bij het verlaten van de boot. Met een vieze blik gericht op Boomer controleerden ze onze paspoorten. Even dachten we dat we klaar waren en echt konden beginnen met de reis. Maar, dat viel vies tegen toen we naar de Marokkaanse douane moesten.
Onze auto moest via een D16TER formulier tijdelijk ingevoerd worden in Marokko.
We zagen lange rijen Marokkaanse busjes waarvan de gehele lading bagage uiteen gestald lag op het natte asfalt. Een Marokkaanse douanebeambte in een oranje hesje wees ons met een indringende blik onze plek waar wij in de auto moesten wachten op wat komen ging.
Na een half uur wachten verscheen een andere douanebeambte die ons vroeg het formulier in te vullen. "Is dit jullie eerste keer in Marokko?". "Ja" zeiden we en we keken elkaar vragend aan. Gewapend met het formulier en de paspoorten moesten wij uit de auto en per direct naar de politie. In de stromende regen stonden wij te wachten bij het politiebureau. De auto was inmiddels geheel aan ons zicht onttrokken en we hadden geen idee wat er gaande was. 5 minuten en een wolkbreuk verder gebaarde een andere douanebeambte dat wij terug moesten komen want niemand wist waar de politieagent was. Toen de agent eindelijk per Dacia werd aangevoerd bleek de controle uit het invoeren van Twan's naam en het kenteken van de auto in de computer.
Maar nee, we mochten nog niet door. Een dikke douanebeambte in een lichtblauw pak sprak ons aan. Door zijn brede pokdalige gezicht en dikke lippen leek hij nog het meeste op een pad. "U wacht hier!" zei hij op dwingende toon. Hij nam Twan's paspoort af en liep er mee weg.
Weer wachtten wij geduldig af. We zagen de pad naar een computer lopen en we bedachten inmiddels hoe we de auto het snelst weer uit en in konden pakken als de pad daarom zou vragen.
De pad kwam naar ons toe lopen en maakte met zijn rechterhand het gebaar van een pistool. "Zweren jullie dat jullie echt geen pistolen bij jullie hebben?". We keken elkaar verbluft aan. "Nee...dat hebben we niet". De pad krulde zijn dikke lippen op tot een lach en zei "Allez", we mochten weg...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten